Stel je voor dat het mogelijk zou zijn om vanuit een vliegtuig een scan te maken van het landschap zoals die door lokale kunstenaars wordt verbeeld. In dit geval van Schiedam. Je rijdt naar luchthaven Rotterdam The Hague Airport, stapt daar in een vliegtuig en stijgt op. Als het vliegtuig richting Noordzee vliegt doemt al snel Schiedam op. Tegen Rotterdam aangebouwd, maar verder omgeven door polderlandschap. Vanuit de lucht is goed te zien hoe groen de stad is.
Je kijkt uit het vliegtuigraampje en ziet de stad. Op datzelfde moment verschijnen op de schermen de plekken van verbeelding uit het gebied waar overheen gevlogen wordt.
Kunstenaars zijn mensen van dromen en vergezichten. In de expositieruimte van KunstWerkt aan de Schiedamse Boterstaat was onlangs de tentoonstelling Gezichtsveld te zien. Aan die expositie deden maar liefst 21 kunstenaars mee. Een combinatie van kunstenaars uit de stal van KunstWerkt en van gasten die hiervoor waren uitgenodigd.
Erg groot is het daar niet, dus het risico dat een tentoonstelling met zoveel kunstenaars uit de bocht vliegt is reëel. Het tegendeel bleek het geval...
Bij binnenkomst moet iedere bezoeker zich een weg banen door een woud van takken en staken.
Dan volgt de centrale expositieruimte die als een wijds polderlandschap is ingericht. Een afgeschermd deel van een daarachterliggende ruimte verbeeldt de stad.
Alle deelnemende kunstenaars geven op eigen wijze uitdrukking aan het landschap waarmee zij zich het meest verbonden voelen. De stad is in de meerderheid, maar de polder neemt de meeste ruimte in. Daar is ook het meeste te beleven, wat mij betreft. Er is water dat voortdurend verandert, gebruik makend van beweging en spiegels. Dat wordt geprojecteerd op een beeldscherm, want een landschap heeft altijd een horizon.
Midden in de polder is de tweede kamer ingericht, als een enclave in het landschap. Poldermodel heet dat werk.
Aan de rand staat een installatie van touwen en stenen. De ondergrond bestaat uit blad in verschillende tinten, ruig en onregelmatig, wellicht een slootkant. Daarboven hangt een geweer. Dreigend. De polder is immers ook onherbergzaam, geen plek om te schuilen. De betreffende kunstenaar baseert deze installatie op jeugdherinneringen; zijn vader nam hem vaak mee op jacht.
Dominant in de ruimte is een werk met de titel Sporen. Profielen die landbouwmachines achterlaten in de klei, aangebracht op een ondergrond van bladeren. “De mens, die letterlijk grillige sporen achterlaat in de strakke landschapvlakken”, lees ik in een toelichting op de tentoonstelling. De kunstenaar heeft wortels in de Noordoostpolder en weet dit realistisch over te planten naar de tentoonstellingsruimte in Schiedam.
Zo heeft de nagebouwde polder in de Boterstaat allerlei plekken met een eigen karakter. Een eenvormig landschap bestaat hier niet.
Hoe anders is het in de ruimte daarachter, waar de stad is vorm gegeven. In een kleinere ruimte is vooral hangend werk te zien, schilderijen, foto’s, colleges, tekeningen, objecten. Er staat zelfs een oude fiets, geparkeerd onder een beeldscherm waarop gedetailleerd te zien is hoe de gemeente Schiedam een oud riool vervangt. Want ook onder de stad gebeurt van alles.
Onopvallend, tussen de kunstwerken aan de wand, hangt een vliegtuigraampje … Birdview heet het.
Alle ingrediënten zijn aanwezig om er een chaos van te maken. Maar dat is het niet. Er is samenhang in die grote verscheidenheid aan werken waarmee een mooie compositie is ontstaan. Een stad waar je graag wilt zijn, die dynamiek uitstraalt, schoonheid en diversiteit. Zonder dat het conflicteert. En waarbij zelfs een natuurlijke overgang is ontstaan tussen polder en stad. Een mooi beeld van Schiedam en zijn omgeving. Schiedam als polderstad.
Vier jaar geleden werd mij gevraagd of ik voorzitter wilde worden van de stichting die deze expositieruimte beheert. Tijdelijk, men wilde van een stichtingsvorm naar een vereniging en zocht een interim bestuur. Eigenlijk ging het vooral om het vergroten van de invloed en betrokkenheid van de deelnemende kunstenaars op genomen besluiten.
Voor mij ging er een nieuwe wereld open. Als gewortelde Rotterdammer had ik tot dan toe in Schiedam eigenlijk niets te zoeken. De nieuwe verantwoordelijkheid bracht mij wekelijks naar de stad waar je, met een beetje fantasie, de jenever nog ruikt. Ik ontdekte dat Schiedam rijk is aan kunst, cultuur en mooie initiatieven. En ook hoe prettig het is om de mensen achter die initiatieven persoonlijk te kennen, korte lijnen te hebben, snel dingen te kunnen regelen. Coöperatief en pragmatisch. De voordelen van een kleinere stad. De expositie Gezichtsveld verbeeldt dat op prachtige wijze. Maar liefst 21 kunstenaars maakten in korte tijd een samenhangende expositie met een veelheid aan ogenschijnlijk tegenstrijdige elementen. Ik betwijfel of dat in Rotterdam ook zou lukken.
KunstWerkt is overigens nog steeds een stichting, over die vereniging praat niemand meer.